In het veld zien we, door de droogte van afgelopen zomer, een grote diversiteit tussen de geoogste maiskuilen. Veel kuilen bevatten verdroogde snijmais en weinig zetmeel. Tegelijk zien we ook kuilen met zeer goede snijmais en dus een groot verschil in kwaliteit tussen beide. Helaas heeft de droogte in ons werkgebied veel invloed gehad op de mais, waardoor we de gevolgen zowel op de kolf als op de plant zien.
Deze droogte heeft tot gevolg dat kuilen in sommige gevallen op papier voldoende zetmeel bevatten, maar dat de dieren dit in de praktijk niet laten zien. Ook zien we bedrijven waarbij onverteerde delen terugkomen in de mest en horen we terug dat de drogestof opname niet altijd op niveau blijft. Met een verhoogde kans op productie- en zelfs gezondheidsproblemen tot gevolg.
Om de kuilen ondanks de grote verschillen optimaal te benutten heeft Voergroep Zuid een specifieke rantsoenaanpak ontwikkeld die het optimale rendement uit het ruwvoer haalt. Centraal staan hierin: de koe, de behoefte van de koe en de beschikbare voedermiddelen op het bedrijf.
Met RantsoenExact stellen we stapsgewijs een plan op voor een maximale benutting van het aanwezige voer op jouw boerenbedrijf. Een oplossing die voor ieder bedrijf werkt bestaat namelijk niet. We brengen eerst de huidige situatie van ruwvoer tot en met melkcontrole in kaart. Hierbij spelen de mobiele NIR en de mestzeef een belangrijke rol.
De mais die op het moment gevoerd wordt kan namelijk andere waardes bevatten dan wat op de analyse staat. Met de mobiele NIR maken we een actuele NIR analyse op het boerenerf. Vervolgens wordt door middel van mestzeven de vertering in beeld gebracht, waardoor mooi duidelijk wordt waar de winst te behalen is. Hier kunnen we op bijsturen door rantsoenverbeteringen door te voeren en specifieke voeders in te zetten.